Voor de visitatiecommissie. Als alumni, of op z'n Nederlands -we spreken al genoeg talen in Brussel-, als oud-student.
"Was u er klaar voor?", vraagt de stem opnieuw. Ik kijk op en besef dat ik heel diep in gedachten verzonken was.
Aarzelend produceer ik woorden. Het lijkt alsof ik daar aan de overkant van de tafel zit en naar mezelf kijk. Dieprood. "Eh..."
Reflecteren heet dit. Terugblikken op. Hoe het ging en hoe het gaat. Wel, na 15 maanden in een Brusselse context, en wat korte andere vervangingen -hallo onderwijswereld-, kan ik vaststellen dat ik er nog steeds niet klaar mee ben. Ik trek en sleur aan eigen inzichten. Ik bots op muren en voel het schaamrood. Maar, ik word steeds ook meer mens. Menselijker.
Neen, ik ben er nog steeds niet klaar voor, ik roep mijn collega's soms bijna wanhopig om hulp. En dan, zij mij. Ik reflecteer me te pletter, en echt waar, ik had er -in mijn opleiding- een broertje aan dood. Maar, het werkt.
Tot dat inzicht ben ik dus al gekomen. Dus, misschien was ik er dan toch klaar voor. Kan je er nooit echt helemaal klaar voor zijn? Doen wat je kunt, is dat genoeg? En bewust zijn dat het volgende keer alleen maar beter kan gaan? Niet meer de moed laten zakken bij een gesprek, waar de taal als muur tussen de ander en mij staat. Maar blij zijn, dat die glimlach en handdruk veel meer zei dan wat ik eigenlijk zeggen kon met woorden. "Ja mevrouw, ik geloof in je kind."
Alleen lijk ik aan mezelf nog af en toe nog te twijfelen.
Dan kijk ik glimlachend op. Ja, ik ben een twijfelaar. En ik weet dat je nu lacht. Want je weet het. Doe ik wel genoeg voor hen? Hoeveel kan er nog bij? Hoe ver mag ik gaan? Heeft differentiatie grenzen dan? Of niet? Is mijn draagkracht wel groot genoeg?
Ja, ik was er klaar voor. Lesgeven doe je met een open hoofd. Met een open hart. Begrijpen wat er leeft in een kind. In een leefwereld. En ja, in een cultuur. Open hoofd. Open hart. En, een dosis oneindig veel geduld, met een kind maar vooral... met mezelf. Om tegen de muren te lopen en te denken dat ik toch weer een stapje was overgeslagen. Te snel gegaan.
Duizenden woorden blijven heen en weer gaan, tussen mond en hoofd. Ik adem in en waag mijn kans. "Voor Brussel kan je niet klaar zijn, meneer. Het was té overweldigend. Té indrukwekkend. Het is explosief voor lichaam en geest. Het geeft je een heldere kijk. Dus meneer, ik reflecteer verder, met een klare blik. Ja, ik ben er klaar voor."
Dan kijk ik glimlachend op. Ja, ik ben een twijfelaar. En ik weet dat je nu lacht. Want je weet het. Doe ik wel genoeg voor hen? Hoeveel kan er nog bij? Hoe ver mag ik gaan? Heeft differentiatie grenzen dan? Of niet? Is mijn draagkracht wel groot genoeg?
Ja, ik was er klaar voor. Lesgeven doe je met een open hoofd. Met een open hart. Begrijpen wat er leeft in een kind. In een leefwereld. En ja, in een cultuur. Open hoofd. Open hart. En, een dosis oneindig veel geduld, met een kind maar vooral... met mezelf. Om tegen de muren te lopen en te denken dat ik toch weer een stapje was overgeslagen. Te snel gegaan.
Duizenden woorden blijven heen en weer gaan, tussen mond en hoofd. Ik adem in en waag mijn kans. "Voor Brussel kan je niet klaar zijn, meneer. Het was té overweldigend. Té indrukwekkend. Het is explosief voor lichaam en geest. Het geeft je een heldere kijk. Dus meneer, ik reflecteer verder, met een klare blik. Ja, ik ben er klaar voor."